Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Economische ontwikkelingen
De uitbraak van het coronavirus leidt mondiaal tot een recessie in 2020. We verwachten dat in 2021 geleidelijk economisch herstel plaatsvindt en de investeringen van bedrijven ongeveer op hetzelfde niveau blijven. Een volledig economisch herstel is pas mogelijk wanneer er een vaccin of medicijn beschikbaar is.
We kunnen op dit moment de afname van kavels op onze bedrijventerreinen niet goed voorspellen. Hoewel de signalen positief zijn reserveren we net als in 2020 een bedrag. Het is ook heel onzeker of de ontwikkeling van de werkloosheid gelijke trend houdt met de landelijke ontwikkelingen. Ook is zeer onzeker of en zo ja hoe de werkloosheid groeit nadat de ondersteuningsmaatregelen van het Rijk voor ondernemers halverwege 2021 worden stopgezet.

Invoering vennootschapsbelasting
Sinds 2016 vallen wij voor onze economische activiteiten onder de belastingplicht van de vennootschapsbelasting. Deze vennootschapsbelasting leidt enerzijds tot een verhoogde administratieve last en anderzijds eventueel tot het betalen van belasting. Over de hoogte van een aanslag in 2021 is nog niets bekend. We zijn de aanslag 2019 aan het voorbereiden en gaan hiervoor in 2020 nog aangifte doen. Over 2016, 2017 en 2018 deden wij een nihil-aangifte.
We reserveren geen apart bedrag in het weerstandsvermogen voor de vennootschapsbelasting, maar nemen deze belasting op in onze begroting, zodra er meer duidelijkheid is over het bedrag. Via een bestuursrapportage informeren wij u hierover in de loop van het jaar.

Omgevingswet
Naar verwachting treedt de Omgevingswet in 2022 in werking. Dit nadat in 2020 is besloten om de invoering een jaar uit te stellen. Het is een wetswijziging die vergelijkbaar is met de decentralisaties in het sociaal domein. Vooralsnog denken we de wijzigingsoperatie binnen de huidige begrotingsbezetting en middelen uit te kunnen voeren. Er wordt een nieuwe Digitaal Stelsel Omgevingswet ingevoerd (DSO). Alle digitale informatie is straks op één plek te vinden: het Omgevingsloket. Via dit loket kan iedereen inzien wat mag en wat mag niet volgens de Omgevingswet.
Tegelijkertijd treedt ook de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen in werking per 1 januari 2022. Dit kan betekenen dat er meer verantwoordelijkheid komt te liggen bij de aannemer bij het bouwen van bouwwerken. Het toezicht wordt uitgevoerd door private partijen. Wij zijn verantwoordelijk voor de handhaving. Er is meer tijd nodig voor de afstemming met verschillende partijen als er sprake is van een claim.
Bij de invoering van deze nieuwe wetgeving in 2022 bestaat het risico dat we extra middelen nodig hebben in 2022. In 2021 hebben we projectkosten opgenomen in de begroting. Mocht het daarnaast nodig zijn, dan komen we hiervoor bij u terug met een apart voorstel. We reserveren vooralsnog geen bedrag in het weerstandsvermogen in 2021.

Overige ontwikkelingen
Daarnaast maken we hier melding van enkele andere risico's waarvoor we op dit moment geen apart of extra risicobedrag opnemen in het weerstandsvermogen. Het gaat hierbij om risico's waarvoor bijvoorbeeld nog besluitvorming nodig is of het gaat om ontwikkelingen waarvan de risico’s nog niet te kwantificeren zijn of meegenomen worden bij het bepalen van andere risico’s. De grootte van deze risico's kunnen we pas nauwkeurig bepalen als er keuzes zijn gemaakt over wat we wel en niet gaan doen en er besluitvorming is geweest over de te volgen koers. Het gaat om:

• de effecten van de coronamaatregelen. Deze zijn heel onzeker en raken verschillende organisatieonderdelen en beleidsterreinen. Het is hierbij van belang om in de hectiek van alledag niet alleen ad hoc in te spelen op de actualiteit, maar ook om te anticiperen op de uitdagingen waar we de komende jaren voor komen te staan;
• duurzaam Meerjarenonderhoudsplan en accommodatiebeleid;
• de herijking gemeentefonds is een jaar uitgesteld naar 2022. Met de herijking wordt onder meer beoogd om de vastgestelde knelpunten in de verdeling van de middelen voor het sociaal domein op te lossen;
• de uitvoering van raadsmoties met betrekking tot woningbehoefte en stimulering lokale economie;
• het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het risico van de bestaande achtervangregeling via de WSW voor twee corporaties in de gemeente Buren. Dit betreft de achtervangregeling van het rijk en de gemeenten voor leningen van toegelaten instellingen (corporaties). De achtervang van de gemeenten (50%) en het Rijk (50%) is het sluitstuk van de zekerheidsstructuur binnen het borgstelsel van dit fonds. Het risico dat gemeente Buren als achtervang-gemeente renteloze leningen moet verstrekken als de andere buffers van het fonds onvoldoende zijn, is zeer klein - bijna theoretisch. Mogelijk wordt de achtervangregeling WSW aangepast;